Met een grotere woordenschat praat je al snel een stuk makkelijker. Het is dan wel belangrijk dat je de juiste woorden leert (je kunt immers niet een heel woordenboek uit je hoofd leren). De focus moet liggen op inhoud van de gesprekken die jij voert en de mails die jij schrijft. Waar gaan die gesprekken over? Welke onderwerpen bespreek jij? Wat is in jouw branche belangrijk?
Een taal leren betekent ook dat je herhaling en oefening nodig hebt. Je moet het gebruik van de taal automatiseren. Dat doe je door veel te oefenen en te herhalen. Net als topsporters.
Feedback verwerken is heel belangrijk. Oefenen is goed, maar je moet wel het goede oefenen. Daarom is persoonlijke feedback van een trainer zo waardevol. Wanneer je die gestructureerd verwerkt, gaat je Duits in sprongen vooruit.
Je hebt tijd nodig én je eigen werkvloer of kantoor. Want dat is de plek waar je nieuwe kennis toetst in de praktijk. Alleen zo leer je met duurzaam resultaat, zodat je er ook in de komende jaren profijt van hebt.
Het is niet de grammatica die het ‘m doet! Grammatica is slechts een systeem dat we met elkaar hebben afgesproken. Het geeft structuur aan taal, maar geen betekenis. Je hebt het dus wel nodig, maar het gaat er vooral om wat je ermee doet. Voor zakelijk Duits heb je dus geen saaie grammaticarijtjes nodig.